zaterdag 30 juni 2012

Toepassingskaart 10 - Handelingsplan Rekenen

Aan de hand van een handelingsplan gemaakt in periode 3, is dit handelingsplan uitgewerkt in periode 4.
 
Signaleren
L. is een meisje wat mij in periode 3 opviel ten eerste vanwege haar tempo. Dit was niet alleen het geval bij rekenen, maar eigenlijk bij alle vakken. Bij rekenen viel mij echter ook op dat L. de sommen die ze wel had gemaakt, ook fout had gemaakt. Vooral keersommen met tientallen blijkt L. erg lastig te vinden. Hier maakt ze ook de meeste fouten in. Vandaar dat ik in periode 3 een handelingsplan voor haar heb opgesteld om haar te helpen met  keersommen waarbij tientallen gebruikt worden.
 
Diagnostisch gesprek
Omdat na de signalering voornamelijk duidelijk is dat L. moeite heeft met keersommen waarbij tientallen voorkomen, zijn de opgaven die tijdens dit diagnostisch gesprek aan de orde kwamen, voornamelijk hierop gericht. Ik wilde ook kijken of L. met de gemakkelijkere keersommen geen moeite had. Voor het diagnostisch gesprek stonden op een blaadje de volgende sommen:


5X4=                          7X9=                          8X6=                          13X12=


Gespreksprotocol & gesprekstechnieken
Het diagnostisch gesprek verliep als volgt. Ik ging samen met L. aan een tafel zitten en vertelde wat ik van plan was. Ik stelde het kind op het gemak. Vervolgens vroeg ik aan L. of zij de eerste som voor mij kon uitrekenen.
 
In mijn observatie werd duidelijk dat L. deze som gemakkelijk kon uitrekenen. Ze had geen blaadje nodig en wist het antwoord van de eerste som uit haar hoofd.

De tweede som vond L. al lastiger. Ik vroeg aan L. om hardop uit te rekenen wat ze ging doen. L. had een blaadje voor zich en begon bij 1X9 en rekende zo de sommen uit totdat ze bij 7X9 was. L. vroeg tijdens de sommen telkens om bevestiging of het antwoord wat ze gegeven was goed had. L. deed lang over deze som. De som 8X6 ging op dezelfde manier.

Bij de laatste som raakte L. in de war. Ze wist niet meer hoe ze deze som moest uitrekenen en ze kwam er ook niet uit zonder hulp van mij. Ik zette de som voor L. onder elkaar en om ervoor te zorgen dat L. toch een succeservaring hiermee had, hebben we de som gezamenlijk uitgerekend.

De gesprekstechnieken die dus zijn gebruikt bij dit diagnostisch gesprek zijn introspectie, observeren en ik heb hulp gegeven.

Terugkijkend op dit diagnostisch gesprek en de kwaliteit van de vragen die gesteld zijn, had ik achteraf ook gebruik kunnen maken van retrospectie. Introspectie, dus vertellen wat het kind doet, bleek nogal lastig te zijn voor dit kind.

Definitieve diagnose
Naar aanleiding van dit diagnostisch gesprek en de observaties van het werk van L. is de volgende diagnose tot stand gekomen.

L. kan de gemakkelijke keersommen met eenheden in principe maken. Bij de moeilijkere keersommen met eenheden heeft zij een blaadje nodig. De keersommen met tientallen vindt L. moeilijk om te maken. Het lijkt alsof ze met deze sommen blokkeert en heeft hulp nodig van de juf of meester. De oplossingsmanieren die L. gebruikt, zijn  hierboven te vinden.

De gemakkelijke sommen zijn geautomatiseerd, voor de moeilijkere sommen met eenheden heeft zij een blaadje nodig waarbij ze bij het begin van de rij begint en tenslotte heeft ze eigenlijk geen oplossingsmanier voor de keersommen met tientallen.

Wat betreft het niveau waar L. de som oppakt, is het dan opvallend om te zien dat ze toch al op het derde niveau, het bouwsteenniveau zit. Bij de moeilijkere keersommen met eenheden ziet L. dat de som 7X9 een relatie heeft met de som 1X9 en dat ze dat rijtje dus moet gebruiken om de som uit te rekenen.

De keersommen met tientallen zijn sommen waar L. een probleem mee heeft. Met dit probleem ga ik dus aan de slag in het handelingsplan.

Remediering
Het handelingsplan gemaakt in periode 3, is op een iets aangepaste manier gebruikt voor deze periode. Hieronder het aangepaste handelingsplan waarmee aan de slag is gegaan.

Handelingsplan Rekenen

Naam:  L.
Groep: 6
Leerkracht: Jessica Geluk

Te ontwikkelen vaardigheden
Vakgebied: Rekenen   
Wat wil ik het kind leren?
- Aan het eind van semester 2, periode 4 is L. verbeterd wat betreft het cijferend rekenen met keersommen.  Zij kan deze sommen zelfstandig maken. Sommen zoals:


34                               22
34X                             18X
____                          ____
--------------------------------------------------------------------------------
Leerinhoud / methodiek

 Methode / welke delen:
Methode: Wereld in Getallen

Specifieke leermiddelen:
- extra werkbladen waarbij uitsluitend wordt geoefend met dit soort sommen.
- eventueel sommen via de computer

--------------------------------------------------------------------------------
Organisatie

 Wie doet wat:
- De leerkracht begeleidt L. tijdens de rekenlessen met de keersommen. Bij aanvang van de hulp zal zij veel ondersteuning bieden met het uitrekenen van de sommen, aan het eind van de begeleiding moet dit verminderd zijn.
Aanvang:
Semester 2, Periode 4.
Van begin mei tot eind juni.


Wanneer:
Wanneer er aan de weektaak gewerkt wordt, wordt er met L. gewerkt aan dit handelingsplan.
Duur:
Ongeveer een half uur per stagedag voor vier keer.


--------------------------------------------------------------------------------
Evaluatie

Datum:Eind juni, datum nog niet bekend.
Toetsinstrument:
Werkblad met de sommen die vier weken zijn geoefend.

Resultaat:

Hieronder de vier uitgewerkte lesjes met de doelen die voor deze lessen en de evaluatie van de les.
 
Les 1: terugbrengen van de voorkennis en introductie van de sommen.
Doelstelling: aan het eind van deze les is de voorkennis van L. geactiveerd en weet L. met welke sommen wij aan de slag gaan.

De les: Tijdens deze les ga ik met L. aan de slag met de sommen die tijdens het diagnostisch gesprek aan de orde kwamen en die goed gingen. L. gaat sommen als 5X6 en 3X5 uitrekenen en L. gaat sommen als 8X6 en 7X9 uitrekenen zonder blaadje. Tenslotte laat ik L. de sommen zien waar we in les twee mee aan de slag gaan.

Evaluatie: Tijdens deze les ben ik met L. aan de slag gegaan met de keersommen waarbij beide getallen eenheden zijn. L. pikte het redelijk snel op, maar ik zag aan L. dat ze vooral met de hogere sommen toch nog wel moeite had. Hier moet ze dus mee blijven oefenen. In les 2 gaan we hier nog op terugkomen.
 
Les 2: werken aan keersommen waarbij beide getallen tientallen zijn
Doelstelling: aan het eind van deze les heeft L. geoefend met keersommen waarbij ze een tiental met een tiental moet vermenigvuldigen.

De les: Tijdens deze les zal de voorkennis van L. geactiveerd worden door de vorige les terug te halen. We gaan nog een keer aan de slag met de moeilijkere hogere keersommen. Daarna kijk ik samen met L. naar de sommen als 13X12 en 21X12, omdat dit de sommen zijn waar we uiteindelijk naartoe willen. Na een uitleg waarbij ik samen met L. sommen heb voorgedaan, gaat L. aan de slag met deze sommen. Ik blijf erbij en help L. wanneer zij vastloopt.

Evaluatie: L. blijft veel moeite hebben met de sommen waarbij beide getallen tientallen zijn. Ze weet voornamelijk niet hoe ze moet beginnen met de sommen. Als dit wordt voorgedaan, lukt het daarna wel beter. Ze blijft echter de 0 af en toe vergeten om deze op te schrijven. Om de som alleen te starten blijft voor L. nog lastig. Hier moet bij les 3 naar gekeken worden.

Les 3: werken aan keersommen waarbij beide getallen tientallen zijn (2)
Doelstelling: aan het eind van deze les heeft L. nogmaals geoefend met keersommen waarbij beide getallen tientallen zijn.

De les: De vorige les wordt teruggehaald. L. is met hulp van mij aan de slag gegaan met de sommen waarbij tientallen met tientallen moeten worden vermenigvuldigd.  Deze les krijgt L. een blad voor zich met de sommen waar ik bij zit. Ze gaat de sommen zonder hulp proberen te maken.

Evaluatie: L. was erg onzeker toen ze moest beginnen met het maken van de sommen. Vooraf in de planning stond dat L. helemaal alleen de sommen zou gaan maken. Dit bleek echter niet realistisch. Ik heb L. dus geholpen met het maken van sommige sommen. Er moet hierbij wel gezegd worden dat deze hulp wel minder is geworden en dat L. de 0 minder vaak vergeet op te schrijven. Naarmate de les vorderde en L. meer sommen had gemaakt, zag ik dat ze meer vertrouwen kreeg in zichzelf.

Les 4: afsluitende les
Doelstelling: aan het eind van deze les heeft L. geoefend met alles wat we de afgelopen drie weken hebben geoefend.

De les: Ik vertel L. tijdens deze les dat we de afgelopen drie weken superhard hebben gewerkt aan de keersommen die L. zo moeilijk vindt. Tijdens deze les gaan we door middel van een spel kijken of ze alles heeft begrepen. Met kaartjes gaat L. aan de slag met verschillende sommen, waarbij ze het goede antwoord aan de goede som moet koppelen.

Evaluatie: L. vond deze les een leuke afsluiting van deze weken die we hebben samengewerkt. Ik zie aan de manier waarop ze de sommen maakt, dat ze iets meer vertrouwen in zichzelf heeft gekregen wat betreft het maken van de sommen. Ze vindt het wel  nog steeds erg lastig om de 0 niet te vergeten.

Reflectie
Het uiteindelijk gestelde doel van dit hele handelingsplan was dat L. aan het eind van deze vier weken zonder hulp dus zelfstandig de sommen kon maken. Dit is helaas niet helemaal gelukt. L. heeft sommige sommen wel zelfstandig uitgerekend, maar ik merkte aan L. dat ze het fijn vond als er toch iemand bij haar zat, die haar kon helpen wanneer ze vastliep. L. werkt nog steeds op niveau drie. Ze ziet de relatie tussen de gemakkelijke keersommen en de sommen die ze moet uitrekenen waarbij twee tientallen worden gebruikt, maar om deze som formeel uit te rekenen vindt ze nog erg lastig.

Ik zou mijn mentor adviseren om aan de slag te gaan met het automatiseren van de keersommen van 1 tot en met 10. L. kan dit wel, maar het duurt wel erg lang en bij die sommen waarbij twee tientallen met elkaar vermenigvuldigd worden zijn, is het erg makkelijk als deze sommen geautomatiseerd zijn. Daarnaast zou ik mijn mentor adviseren om met L. te blijven oefenen met deze sommen. Het gaat steeds beter, maar ze moet wel blijven oefenen om dit zelfstandig te kunnen doen.

 Ik heb van het uitvoeren van dit handelingsplan veel geleerd.

1.      Ten eerste heb ik gezien hoeveel vertrouwen in een kind hebben doet bij zo’n kind. Als een kind merkt dat jij gelooft dat hij of zij een som kan maken, gaat het desbetreffende kind dit ook geloven en gaan de sommen op deze manier beter.
2.      Ten tweede heb ik hiervan geleerd dat het niet erg is om van een plan af te wijken. Voor les 3 zou L. zelfstandig de sommen hebben moeten maken, maar omdat dit niet realistisch bleek voor L. en ze hierdoor misschien geen succeservaring zou krijgen, ben ik haar hiermee blijven helpen. Ik merkte dat L. dit prettig vond en ook al stond dit niet in de planning, het was beter voor het vertrouwen van L. (zie punt 1) om haar te blijven ondersteunen.
3.      Ten slotte heeft het uitvoeren van dit handelingsplan mij doen inzien hoeveel tijd er eigenlijk in zo’n uitvoering gaat zitten en dat je daar dus echt tijd voor vrij moet maken. Dit kan niet even tussendoor, maar hier moet echt  voor gezeten worden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten